‘Meedoen mogelijk maken’
Veel leden lopen tegen belemmeringen aan in het dagelijks leven en kloppen voor ondersteuning bij de gemeente aan. Helaas krijgen leden vaak te maken met onbegrip en loopt men tegen (gemeentelijke) muren op bij het aanvragen van een passende voorziening. MEE is een organisatie die hierbij kan helpen. Toch bleken veel leden nog niet van MEE te hebben gehoord. Voor mij aanleiding om een artikel te schrijven over een dienstverlener die je bij dergelijke aanvragen terzijde kan staan. Op mijn vraag wie mij alles kon vertellen over MEE, belandde ik – tot mijn prettige verassing – bij Mirjam Sterk, voormalig Tweede Kamerlid van het CDA, nu bijna anderhalf jaar directeur van MEE NL. Ik mocht haar alles vragen over MEE en haar rol die zij bij MEE vervult.
In de vorm van een tweeluik een impressie van een boeiend gesprek met een bevlogen directeur.
“Meedoen is een grondrecht.”
Mirjam Sterk: “Als je mij vraagt MEE te moeten omschrijven aan iemand die de organisatie niet kent, zou ik zeggen: MEE is een dienstverlener waar je kunt aankloppen voor hulp en ondersteuning als je, vanwege je beperking, in het dagelijks leven moeite ondervindt om mee te doen.”
“Het uitgangspunt moet altijd zijn: Meedoen mogelijk maken”, stelt Sterk. “Dat is ook niet voor niets onze lijfspreuk. Meedoen wil zeggen: volwaardig en gelijkwaardig participeren. Meedoen is een grondrecht van iedereen. Dus ook voor mensen met beperkingen”.
Wat Sterk bijvoorbeeld nog altijd merkt is dat mensen aan de hand van hun tekortkoming worden benoemd. Sterk noemt het voorbeeld van ‘Mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt’. “Waarom heeft men het nooit over “een arbeidsmarkt met een afstand tot de mensen?” zo vraagt Sterk zich af. “Deze houding werkt belemmerend om bij dergelijke vraagstukken te denken in mogelijkheden”.
Aan de hand van een voorbeeld legt Sterk uit wat MEE voor je kan doen:
“Stel, je krijgt plotseling te maken met de gevolgen van een Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH). Dan heeft dat een enorme impact op je mogelijkheden om te functioneren in het dagelijks leven. Vaak heb je hulp nodig om je leven weer op de rails te krijgen. Op het gebied van werk of naar school gaan, functioneren thuis en mobiliteit buitenshuis”.
Mensen die om hulp bij MEE aankloppen, gaan met een consulent van MEE om tafel om op elk terrein van het dagelijks leven, de mogelijkheden om te functioneren en te participeren, te onderzoeken en doorlopen. “Hierbij draait het niet alleen om de cliënt”, benadrukt Sterk, “Ook de mensen met wie hij te maken heeft, ouders, leraren op school, collega’s op het werk worden betrokken”.
“Heb je na je werk nog voldoende energie om je huishouden te runnen?”
Stap voor stap wordt, op alle leefgebieden op een rij gezet wat de cliënt wenst om mee te kunnen doen en wat er voor nodig is om dit te realiseren. De hieruit mogelijke opties worden besproken waarbij het perspectief van de cliënt het uitgangspunt is. Sterk ziet de kracht van MEE juist in de expertise waarover MEE beschikt om de ondersteuningsbehoefte in zijn samenhang vast te stellen. “Om iets concreets te noemen: heb je bijvoorbeeld na je werk voldoende energie om je huishouden nog te runnen?”.
Sterk vervolgt: “Uiteindelijk wil je samen met de cliënt en zijn omgeving, waar hij mee te maken heeft, tot een evenwichtig totaalplaatje komen”.
Aan de hand van dit totaalplaatje kan vervolgens worden vastgesteld welke (concrete) voorzieningen nog nodig zijn om iemand volwaardig maatschappelijk te laten functioneren.
Waar nodig en gewenst ondersteunt MEE bij de aanvraag van dergelijke voorzieningen bij de gemeente of ziektekostenverzekeraar.
“MEE kan niet vooraf bepalen of iemand recht heeft op een voorziening”
Mirjam Sterk benadrukt: “MEE kan vooraf niet bepalen of een cliënt recht heeft op een voorziening. Dan zou MEE immers op de stoel van de gemeente gaan zitten. MEE kan daarom ook geen garanties geven of de gevraagde voorziening daadwerkelijk zal worden toegekend. Wel is de ervaring dat aanvragen die met steun van MEE zijn geformuleerd niet zomaar worden afgewezen.”
“Op meerdere manieren kun je in contact komen met MEE”, vertelt Sterk: “Bijvoorbeeld, als je met een concrete vraag voor ondersteuning aanklopt bij MEE. Daarnaast worden mensen met een zorgbehoefte via de Sociale Wijkteams gesignaleerd. Verder kun je ook bij ons in beeld komen nadat er een indicatie door het CIZ is afgegeven.”
“Bovendien”, vult Sterk aan, “heeft MEE, nadat een cliënt met ondersteuning van MEE zijn leven op de rails heeft, op een later moment weer contact met de cliënt. Immers, er kunnen zich veranderingen in de leefsituatie hebben voorgedaan die (opnieuw) vragen om een oplossing. Hierbij kun je aan alles denken: Een verhuizing of verandering van baan tot het wegvallen van mantelzorg als gevolg van overlijden.”
Sterk stelt vast dat het in de loop van de jaren wel moeilijker is geworden om de missie ‘Meedoen mogelijk maken’, te realiseren: “In de eerste plaats omdat veel financiering is weggevallen. Kon MEE in het verleden nog wel eens rekenen op financiering vanuit de AWBZ voor haar dienstverlening om bijvoorbeeld het UWV te helpen; tegenwoordig is dit niet meer het geval.”
Wat in de ene gemeente vanzelfsprekend is, is voor de andere gemeente een probleem
“Nu wordt MEE voor het grootste deel gefinancierd door gemeenten en voor een klein deel door de zorgverzekeraars in het kader van de Wet Langdurige Zorg (WLZ). En hoewel onze missie niet veranderd is, moeten wij dit met veel minder geld zien waar te maken.”
Een ander struikelblok die Sterk ziet, is dat elke gemeente op haar eigen manier de WMO mag uitvoeren: “Wat in de ene gemeente vanzelfsprekend is, is voor de andere gemeente een probleem. En hoewel de ene gemeente het soms beter doet dan de andere gemeente, hebben wij nog altijd veel te maken met schotten tussen de verschillende terreinen jeugdzorg, zorg en welzijn, onderwijs en arbeidsparticipatie. Dit maakt het erg ingewikkeld om onze missie ‘Meedoen mogelijk maken’ waar te maken”, aldus Sterk.
“Deze ontwikkelingen waren ook reden waarom de MEE organisaties zijn omgevormd tot een coöperatie met 20 regionale MEE organisaties, verspreid over Nederland met daarboven het bedrijfsbureau van de coöperatie (MEE NL) waarvan ik de directeur ben”, legt Sterk uit. “MEE NL ondersteunt de regiovestigingen en voedt hen met nieuwe kennis die dan weer in de lokale dienstverlening kan worden toegepast. Vanuit de regiovestigingen komen weer ervaringen en maatschappelijke signalen waar MEE NL weer mee aan de slag gaat.”